Waterval kaart

Waterval kaart

Een waterval kaart is een kaart met een waterval aan plaatjes, die je door schuiven kunt laten zien. Het is een leuke kaart voor vrolijke momenten, die makkelijk te maken is. Deze uitleg gaat uit van een dubbele kaart op A5 formaat, maar het schuifsysteem is toe te passen op ieder formaat kaart of snail dat je wilt maken. Het schuifsysteem zelf is natuurlijk ook groter of kleiner te maken.

Een gedeelte van dit verhaal staat in inches in plaats van in centimeters. Dat komt, doordat de scorelijnen (vouwlijnen), gemaakt met een scorebord, beter aansluiten op de inches dan op de centimeters. Werk je met een scorebord? Hou dan de inches aan. Werk je zonder scorebord? Dan kun je ook van de centimeters uitgaan.

Wat heb je nodig?

• Basis kaart op A5 formaat (dubbele kaart) van effen cardstock
• Laag 1 is effen cardstock, in een andere kleur dan de basis, met een afmeting 0,5cm korter en smaller dan de basis
• Laag 2 is design papier (motiefje), met een afmeting 0,5cm korter en smaller dan laag 1
• Een effen strook met dezelfde breedte als de basis en een hoogte van 2-3cm *
• Een lange effen strook van 2inch (5,1cm) breed bij 9inch (22,8cm) *
• 4 vierkantjes van 2 bij 2inch (effen, zelfde kleur als laag 1) en 4 vierkantjes van 1¾ bij 1¾inch waar een plaatje op komt

* kies voor deze twee stroken voor dezelfde effen kleur, maar een andere kleur dan de basis en laag 1

Verder heb je nodig

• Een scorebord (niet noodzakelijk)
• Liniaal
• Mesje of schaar
• Lijm of dubbelzijdig tape
• Aankleding voor de vierkantjes, bijvoorbeeld stansjes, stickers, stempels etc.
• Lintje of touwtje
• Perforator of andere gaatjesprikker

Wat ga je doen?

1. De basis is een dubbele kaart op A5 formaat. Plak hierop laag 1 en daarop laag 2

2. Pak de korte strook en plak die op de kaart op 2,5cm van de onderkant van de kaart; let op: je plakt alleen de zijkanten, het middenstuk moet open blijven!

3. De lange strook ga je nu scoren en vouwen (als je geen scorebord hebt, dan direct vouwen) op 2inch (5,1cm) - 2¾ inch (7cm) - 3½ inch (8,9cm) - 4¼inch (10,8cm); vouw iedere keer dezelfde kant op

4. Pak de 4 effen vierkantjes en plak hier de 4 vierkantjes met plaatje op

5. Leg nu de vierkantjes op de volgorde waarop je ze zichtbaar wilt hebben, degene die je het eerst zichtbaar wilt hebben ligt onderop, de laatste ligt bovenop

6. Leg de lange strook voor je neer, het gevouwen gedeelte naar je toe met de vouw omhoog (berg)

7. Plak nu de vierkantjes met alleen de bovenkant (dus één stripje dubbelzijdig tape) tegen de vouwrandjes aan op de strook (dakpansgewijs), waarbij je dus eerst de laatst zichtbare plakt en eindigt met degene die je eerst zichtbaar wilt hebben

8. Draai de strook om (plaatjes naar beneden) en bevestig dubbelzijdig tape aan de onderste rand

9. Vouw de strook dubbel op de bovenste vouw, houd de plaatjes naar voren en steek de achterste helft van de strook achter de al op de kaart geplakte strook langs; bevestig het strookje tape aan de onderkant van de voorkant van het kleine strookje

10. Je kunt nu de achterste kant van de strook naar beneden trekken en dan “flippen” je plaatjes om

11. Maak aan de onderkant van de strook een gaatje met een perforator en haal hier een leuk lintje doorheen; eventueel kun je op dat deel van de strook nog een “verborgen boodschap” plaatsen, door te stempelen of met een sticker te werken

12. Indien je dit wilt, kun je je kaart nog verder aankleden, maar je basis is nu klaar!